zondag 4 september 2016

Naschrift

Vorig jaar 10 mei 2015 begon ik vanuit Dordrecht mijn pelgrimstocht naar Santiago de Compostella. Bijna 3 maanden en 1700 km later kwam ik aan in Saint-Jean-Pied-de-Port, aan de voet van de Pyreneeën. Dit jaar vervolgde ik mijn pelgrimstocht. Op 2 juni 2016 vertrok ik uit Saint-Jean-Pied-de-Port en stak de Pyreneeën over op weg naar Santago, een tocht van 800 km. Daar arriveerde ik - na een onderbreking van 2 weken vanwege het overlijden van mijn zwager Herbert - op 20 juli. Als bewijs en aandenken aan mijn tocht mocht ik op het pelgrimsbureau mijn Compostela in ontvangst nemen.

Het bereiken van Santiago is natuurlijk een bijzonder en ook emotioneel moment. De pelgrimsmis was indrukwekkend en voor mij een prachtige afsluiting van mijn voettocht. Belangrijker is echter de tocht zelf, de ervaringen onderweg, de natuurbeleving en de ontmoetingen met andere pelgrims en de gastvrijheid van de lokale bevolking. Maar ook de confrontatie met mezelf, met mijn beperkingen en emoties. Voor mij was het ook een verkenningstocht: overdenken en proberen uit te vinden wat mijn bestemming in dit leven is.

Ik ben nu al langer dan een maand thuis, maar de 'geest' van de Camino zit nog diep in me. Ik zie het als een grote uitdaging om deze ervaringen en levenslessen een plaats te geven in mijn dagelijks leven.



Tot slot. Ik ben blij en dankbaar dat ik deze tocht tot een goed einde kon brengen. Daarbij is de steun van mijn familie en vrienden voor mij van groot belang geweest. Dank daarvoor. Daarnaast wil ik ook mijn mede-pelgrims, hospitaliers en vele andere lieve mensen die ik onderweg mocht ontmoeten, bedanken voor hun vriendschap en gastvrijheid. Mede door hen is deze tocht voor mij een onvergetelijke belevenis geworden. 

I thank my family and my friends for their support. I also wish to thank all the pelgrims and the other people I've met on the Way, for their friendship and hospitality. Goodbye!

Je remercie ma famille et mes amis pour leur soutien. Aussi, je veux remercier tous les pèlerins et les autres personnes que j'ai rencontré au Chemin, pour leur amitié et hospitalité. Au revoir!



donderdag 21 juli 2016

Afsluiting in Santiago

Afsluiting pelgrimstocht
Donderdag 21 juli 2016
Toen ik begin juni op stap ging had ik me voorgenomen om na aankomst in Santiago mijn tocht voort te zetten naar Finistera en daarna eventueel ook het stadje Muxia nog te bezoeken. Maar voor mijn gevoel had ik met de pelgrimsmis in de kathedraal mijn voettocht afgesloten. Ik had onvoldoende 'drive' om verder te trekken. Daar kwam nog bij dat van de groep waarmee ik de laatste weken was opgetrokken niemand naar Finistere ging lopen. Wel ging een aantal mensen er met de bus heen. Dat heb ik ook nog overwogen, maar dat voelde toch te toeristisch. Ik besloot in Santiago mijn pelgrimstocht te beëindigen. Deze dag zou ik benutten om afscheid te nemen van mijn tochtgenoten en om mijn terugreis voor te bereiden.
Na een ontbijt in het restaurantje naast mijn pension ging ik eerst op zoek naar de 'Huiskamer van de Lage Landen' van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob. Daar worden de Nederlandse en Vlaamse pelgrims verwelkomd door vrijwilligers en kun je advies krijgen over de terugreis e.d. Mijn pension lag op naar schatting 400 meter van de kathedraal. In het drukke winkelstraatje daarheen kon je de toren van de kathedraal al zien.

Op weg naar het pelgrimsbureau waar de 'Huiskamer van de Lage Landen' in de buurt zou moeten zijn, eerst even langs het plein voor de kathedraal om naar de arriverende pelgrims te kijken. Ik zag er enkele bekende pelgrims en we feliciteerden elkaar met het bereiken van Santiago. Het was nog niet zo druk, maar er waren al een aantal groepen Spaanse jongeren gearriveerd. Die dag kwamen er veel van dergelijke groepen in de stad aan en ze werden bij het binnenlopen van het oude centrum door het publiek met luid applaus onthaald. Het leek wel wat op de aankomst bij de Nijmeegse vierdaagse, maar dan zonder gladiolen!


Op de binnenplasts van het pelgrimsbureau zag ik nu een bord dat verwees naar de 'huiskamer' en ik volgde de pijlen en kwam uiteindelijk bij de 'huiskamer' terecht waar ik door het vrijwilligersechtpaar Bert en Ans uit Zoutelande hartelijk werd ontvangen. Ze hadden het niet druk, want er kwamen deze maand maar weinig Nederlandse en Vlaamse pelgrims aan. Ik heb inderdaad na Burgos geen andere Nederlanders meer gezien, wel enkele Vlamingen. Ik was de enige Nederlander die de dag ervoor te voet in Santiago was aangekomen. Wel was er nog een Nederlands echtpaar op de fiets gearriveerd. Deze kwamen een uurtje na mij in de ' huiskamer' op de koffie en om informatie over de terugreis te krijgen. Bert en Ans hadden intussen de mogelijkheden voor mij op een rijtje gezet. Ik ging daarna naar de informatiebalies van de Renfe (Spaanse NS) en de ALSA (Spaanse Eurolines) die ook in het pelgrimsbureau waren gevestigd (erg handig). Ik besloot om de vrijdagmorgen met de bus naar Brussel te reizen (verder kon die dag niet) en vandaar de zaterdagmiddag met de trein naar Dordrecht en kocht meteen mijn ticket voor de bus. Daarna ging ik weer terug naar het plein voor de kathedraal waar ik de Zweedse pelgrim Chris uit Malmö tegen het lijf liep. Het was inmiddels middag en we besloten samen te gaan lunchen. Dat werd een gezellig afscheidsetentje en we spraken af met elkaar in contact te blijven. Daarna ging ik naar mij pension om aan mijn blog te werken. Maar net als de dag er voor bleek mijn tablet kuren te vertonen en bovendien viel de wifi regelmatig uit. Na een paar uur ploeteren gaf ik het op. Ik hoopte dat ik misschien in de bus op de terugreis mijn blog zou kunnen actualiseren (dat bleek achteraf ijdele hoop, want de bus was op zich prima, maar er was geen wifi aan boord). Vervolgens weer het centrum ingegaan om nog wat rond te kijken en wat souvenirs te kopen. 

Ik was op weg naar het pelgrimsbureau al een paar keer langs een bijzonder kerkje (de Igrexa de San Fructuoso) gelopen en besloot dat eens van dichterbij te gaan bekijken. Aan de buitenkant een tamelijk eenvoudig Romaans gebouw, maar met een bijzondere rijk versierde voorgevel en toren in een geheel andere bouwstijl. Ik had eerder gezien dat je de kerk ook kon bezichtigen, maar toen ik er die middag binnen wilde bleek de kerk gesloten.


De voorgevel van de San Fructuoso 

En het torentje van de San Fructuoso van dichtbij gezien.

In het centrum waren er de dag van mijn aankomst en deze dag, vooral in de avonduren, tal van (muzikale en andere) activiteiten. Hoewel het officieel pas op 25 juli het feest van de patroonheilige St. Jacob (San Iago) is, nemen de Spanjaarden de dagen daarvoor daar al een feestelijk voorschot op. Zo waren er ook allerlei voorstellingen bij de kathedraal. In het winkeltje bij de kathedraal ging ik op zoek naar souvenirs en trof daar Grace aan (toeval?). We spraken af die avond om 8 uur als afscheid samen in de stad te gaan eten in een Mexicaans restaurantje en Rebekah ook uit te nodigen (zij was die dag met een busreis op stap naar Finistera en Muxia). Die avond gezellig en lekker gegeten en afscheid van elkaar genomen. Zij zouden de volgende ochtend terug naar Amerika vliegen.


Daarna door de drukke straten van het levendige centrum weer terug naar mijn pension. Het was die avond nog lang warm. Daarom nog een pilsje gedronken op het terras voor het pension, maar op tijd naar bed gegaan, want er wachtte de volgende dag een lange en vermoeiende busreis.

woensdag 20 juli 2016

Aankomst in Santiago

Van Lavacolla naar Santiago (12 km)
Woensdag 20 juli 2016
Om ongeveer 7 uur op stap voor de laatste etappe naar Santiago. Ik wilde dat laatste stuk graag alleen afleggen en in Santiago aankomen voor het echt druk met pelgrims zou worden. Ik liep het dorpje Lavacolla uit en voor me liepen een paar Amerikaanse meisjes die ik kende en die kennelijk al vroeg vanuit een vorig dorp waren gestart. We begroeten elkaar, maar bij de kerk aangekomen gingen zij ontbijten in een herberg waar enkele vrienden al op hen zaten te wachten. Ik zou ze later bij de kathedraal terug zien.

De route ging omhoog naar het boerengehucht Villamaior ...

.... en aangekomen op de hoogvlakte via een grindpad langs asfaltwegen en langs de zendstations van TV España en TV Galicia. Links van de weg een bos met eucalyptusbomen. Het pad langs de weg was bedekt met de schillen (bast) en bladeren van deze bomen. De weg ging nu langzaam naar beneden tot bij het dorpje San Marcos en ........


......... daarna weer omhoog naar Monte do Gozo, het laatste dorp voor Santiago.


In Monte do Gozo liep ik langs een aantal prachtig gerestaureerde oude Galicische huizen, nu in gebruik als schuur en opslagruimte. 


Boven op de top van Monte do Gozo koffie gedronken bij een barretje naast een kapel, de Santa Maria de San Marcos, waar je een stempel in je pelgrimspas kon krijgen.


Daarna ging de weg redelijk steil omlaag en passeerde ik het bordje nog 4,7 km naar de kathedraal. Je had daar al zicht op Santiago, maar de kathedraal was nog niet te zien.


Onderaan aangekomen passeerde je de autoroute en spoorlijn over een aantal viaducten en bereikte ik de buitenrand van Santiago. 


Daar kwam ik langs een beeld van een ridder-pelgrim van de tempeliersorde. Kennelijk ging het pelgrimeren er in het verre verleden niet altijd zo vreedzaam aan toe.


Verder door saaie nieuwbouwwijken en voor ik het centrum bereikte pauzeerde ik in een restaurantje aan de Rua de San Pedro om te ontbijten. Inmiddels zag ik hier en daar een pelgrim lopen of fietsen en bereikte ik al snel het oude centrum. Mijn hart ging sneller kloppen toen de toren van de kathedraal in beeld kwam.


Op de route naar de kathedraal kwam ik eerst aan mijn linkerkant langs de Igrexa de Santa Maria do Camiño en .......


........ vervolgens aan mijn rechter hand langs de Igrexa des Animas.


Een paar honderd meter verder bereikte ik de kathedraal ......


....... en via trappen en een smalle onderdoorgang .......


.......... kwam ik op het plein, het Praza da Obradoiro, voor de hoofdingang van de kathedraal. Even een lichte teleurstelling, een groot deel van de voorgevel stond in de steigers voor een (hoognodige) opknapbeurt. Het was half 10 en op dat moment nog erg rustig. Een emotioneel moment. Want hoewel ik me tijdens mijn voettocht steeds meer bewust was geworden van het feit dat de tocht erheen veel belangrijker is dan het einddoel Santiago zelf, is zo'n aankomst toch een aangrijpende gebeurtenis. Sommige pelgrims lieten dat blijken door luid te juichen of maakten een vreugdedans, maar ik verwerkte het in stilte, een moment van bezinning. Maar ik was blij en dankbaar dat ik dit mocht meemaken.




Recht tegenover de kathedraal het paleis Pazo de Raxoi, waar het regionale bestuur zetelt. Je ziet dat er nog maar een kleine groep pelgrims is gearriveerd. Dat zou in de komende uren snel veranderen.


Samen met enkele andere pelgrims ging ik op zoek naar het pelgrimsbureau om mijn 'Compostella' (getuigschrift) op te halen. Normaliter staat daar een hele wachtrij, maar omdat ik zo vroeg was, was de rij kort en bovendien was het uitgeven van de documenten efficient georganiseerd. Binnen een half uur was ik dan ook in het bezit van de documenten (een algemeen getuigschrift en een gepersonifieerd document waarop de afgelegde afstand e.d. staan vermeld). Dat ging niet helemaal vlekkoos, want de betreffende vrijwilligster had nogal moeite met het spellen van mijn achternaam. Daarna ging ik weer terug naar de kathedraal waar inmiddels mijn Servische 'huisgenote' (van de afgelopen nacht) was aangekomen en even later ook de 'Spaanse' groep waar ik de laatste weken veel mee was opgetrokken. Het was een fijn weerzien en er werd uitbundig gefeliciteerd. Links op de foto de Duits-Spaanse Petra en helemaal rechts de Zweed Chris.


Samen gingen we naar de andere zijde van de kathedraal waar zich de ingang van de kerk bevond. Eerst moesten we onze rugzakken in bewaring geven, want daarmee mocht je de kathedraal niet binnen. Daar trof ik ook Grace en Rebekah aan die net waren aangekomen en op zoek naar mij waren. Met zijn allen gingen we naar de pelgrimsmis van 12 uur.


De ingang van de kerk van nabij.


Gelukkig waren we ruim op tijd en hadden we nog een zitplaats, want de kerk stroomde tegen 12 uur vol en velen moesten staan. De dienst was in het Spaans en zeker voor de vele niet in de katholieke traditie pgegroeide aanwezigen moeilijk te volgen. Ik had het geluk dat een deel ook in het Duits was, omdat er een grote groep Duitse pelgrims aanwezig was met een eigen voorganger. Het voorzingen door een Spaanse non was prachtig en indrukwekkend. De dienst duurde lang (voor sommigen te lang), maar ons geduld werd aan het eind beloond met het rondslingeren door de monniken van een reusachtig wierookvat, de Botafumeiro, door de dwarsbeuk van de kathedraal, juist boven onze hoofden. Dit gebeurt alleen bij speciale gelegenheden, waarschijnlijk nu vanwege de aanwezigheid van de grote groep Duitse pelgrims die ook een deel van de koorzang verzorgden. Het was een spectaculair gezicht. Ik las in mijn gids dat het ook een paar keer mis is gegaan en dat het wierookvat toen de kathedraal uitvloog (dat zal een bijzonder spektakel zijn geweest), maar nu ging alles goed. Overigens heeft het rondslingeren van dat wierookvat geen liturgische betekenis, maar is deze gewoonte in de Middeleeuwen ontstaan om de stank van de niet zo welriekende pelgrims te verdrijven!


Hieronder wordt de Botafumeiro omhoog gehesen ....

..... en vervolgens in de dwarsbeuk van voor naar achter rondgeslingerd waarbij het vat het plafond bijna raakte.


Hier een opname van het priesterkoor na de viering. Voor het koor hangt links de goudkleurige Botafumeiro en rechts daarvan nog een groot zilverkleurig wierookvat (waarvan de functie mij niet duidelijk is geworden, een reserve wierookvat misschien?).


De viering in de kathedraal was voor mij een prachtige afsluiting van mijn pelgrimstocht. 
Na de viering poseren Rebekah (links) en Grace (rechts) voor de kathedraal.



Daarna zijn Grace, Rebekah en ik gezamenlijk gaan lunchen. Vervolgens gingen zij naar hun hotel en ik op zoek naar een onderkomen. Ik wilde in het centrum blijven. Na wat zoeken vond ik aan de rand van het centrum op ongeveer 300 tot 400 meter lopen van de kathedraal een pension waar ik twee nachten zou blijven.

dinsdag 19 juli 2016

Naar Lavacolla

Van Arzua naar Lavacolla (28 km)
Dinsdag 19 juli 2016
Om kwart voor 7 vanuit mijn pension vertrokken. Bij het verlaten van Arzua een foto van een oude en een nieuwe afstandssteen verlicht door een oude straatlantaarn.

Er hing nog een dichte ochtendnevel over de heuvels. De route was mooi over bos- en veldwegen. Hieronder zie je mijn voorgangers de omgeving bewonderen.


Met name de opkomende zon over een nevelig heuvellandschap was aanleiding, ook voor mij, voor een fotostop.


Op weg naar Pedrouza deze muur met wijsheidsspreuken. We werden uitgenodigd om er een eigen spreuk aan toe te voegen.


De route ging soms door kleine gehuchten vlak langs woonhuizen.


Een bloemrijke wegrand bij sommige bebouwing.


Ik stopte na 6 km om te ontbijten en vervolgens op regelmatige afstanden, omdat ik vandaag zo dicht mogelijk bij Santiago wilde uitkomen. Ik wilde namelijk graag vroeg in de morgen aankomen in Santiago. De derde stop maakte ik bij een restaurantje in het plaatsje Cerceda. Toen ik daar vertrok, kwam Grace aangelopen. Zij was die morgen wat later dan ik uit Arzua vertrokken, maar had me nu ingehaald. We gingen samen verder. De weg kruiste verschillende malen de lokale verkeersweg. Bij een van de laatste kruisingen haalden we de John in, de Ier die ik de avond tevoren had leren kennen. Even later haalden we een andere pelgrim in, hij was eveneens Ier en heette Brian. Met zijn vieren bereikten we rond half 12 het stadje Pedrouzo (Arca do Pino). Voor veel pelgrims is dit de laatste halteplaats voor Santiago (op 21 km). Ook Petra en Chris kozen deze plaats om te overnachten. Grace en ik gingen er lunchen. John en Brian gingen samen verder. Na de lunch liep de route door een mooi bos met eucalyptusbomen. De bosweg lag vol met schillen van de bast en afgevallen bladeren van deze bomen.


Het laatste stukje naar het plaatsje Amenal ging door het open veld met soms prachtige bloemenweides.


In Amenal kruiste de route de verkeersweg en kwamen we aan bij het hotel waar Grace en Rebekah een kamer hadden gereserveerd. We dronken er samen wat en daarna ging ik alleen verder, want ik wilde het plaatsje Lavacolla bereiken, ongeveer 6 km verder. Na Amenal ging de bosweg steil omhoog. Na een paar km boven aangekomen, zag ik deze routewijzer die optimistisch aangeeft dat het nog 12,5 km naar Santiago is (in werkelijkheid nog 15 km).


Daarna liep het pad met een grote boog langs de buitenzijde van het vliegveld van Santiago. De oorspronkelijke route liep over het vliegveld, maar die is nu uiteraard verdwenen. Van het vliegveld zie je overigens niets want je blijft door een bosrijke omgeving lopen.


Bij  boog rond het vliegveld kom je uit bij de doorgaande weg naar Santiago. Het voetpad loopt daar een paar km langs de weg. Ik trof daar dit mooie beeld aan.


Een paar km voor Lavacolla pauzeerde ik kort in een barretje in het gehuchtje Sampayo. Ik wist niet precies hoe ver ik nog moest. Dat bleek nog ruim 2 km te zijn. Ik ging daarom weer snel op pad en haalde even later een andere pelgrim in. Dat bleek tot mijn verrassing de Ier Brian te zijn. Hij had John achtergelaten in Amenal want die had daar in hetzelfde hotel gereserveerd als Grace en Rebekah. Brian wilde doorlopen naar Monte do Gozo, op 5 km van Santiago. Dat was voor mij een bergje te ver, want ik had er inmiddels 28 km opzitten. We namen afscheid in Lavacolla. Daar vond ik rond 3 uur een leuk pension met maar 2 gastenkamers (zie foto onder). De andere kamer werd een paar uur later door een Servische vrouw 'bezet'. Ze was best sympathiek maar zo moe dat ze al erg vroeg ging slapen en we elkaar daardoor maar kort hebben gesproken. Het pension beschikte ook over een uitgebreide keuken, ik besloot daarom die avond zelf wat spullen te komen in het lokale supermarktje en zelf een eenvoudige maaltijd te bereiden. Ik was blij dat ik in Lavacolla had bereikt, want de volgende dag hoefde ik nog maar 12 km naar de kathedraal in Santiago.

maandag 18 juli 2016

Naar Arzua

Van Palas de Rei naar Arzua (29 km)
Maandag 18 juli 2016

Even na half 7 vanuit het pension vertrokken. In het centrum van Palas de Rei even moeten zoeken naar de juiste route, maar als je goed rondkijkt dan zie je altijd wel andere pelgrims die je kunt volgen. Maar ik had even verkeerd gegokt en een stel gevolgd dat eerst in het stadje ging ontbijten. Maar mijn ontbijt moest nog even wachten, had ik bedacht.  Bij het verlaten van het dorp trof ik dit beeldenpaar aan. Ik weet het niet zeker, maar naar mijn mening gaven ze de richting aan die de pelgrims moesten gaan.


Na een stukje langs een verkeersweg ging de route al snel de bossen in en ging door tal van schilderachtige dorpjes zoal hieronder San Xiao do Camino. Voor mij een groep Spaanse jongeren en links op de foto weer zo'n typische opslagplaats voor (het drogen van) mais en graan.


Verderop een herberg die zich kemerkte door een enorme schelp die je niet over het hoofd kon zien.


Na het passeren van verschillende dorpen kwam ik na een km of 14 in hetvdorpje Furelas aan, een voorstadje van Melide.


Je bereikte Furelas via deze mooie oude brug.


Tussen Furelas en Melide passeerde mij een oudere vrouw met een vijftal schapen. Dat zou je op deze plaats, vlak bij een grotere stad niet verwachten. Ik zad daar even tevrusten en was zo verrast dat ik te laat was met het maken van een foto.

Ik wss rond half 11 in de stad Melide. Daar heb ik wat langer in een parkje gepauzeerd. Het was al behoorlijk warm en er was voorspeld dat dit de warmste dag van de week zou worden. Maar het was nog te vroeg om te stoppen en ik besloot om verder te gaan en te kijken hoe ver ik xou komen. Ik liep dus verder door het oude centrum van Melide, maar veel heb ik van deze stad niet gezien.



Net buiten Melide kwam ik langs dit mooie kerkje, de Iglesia de Santa Maria de Melide. Samen met een aantal andere pelgrims bezocht ik het kerkje en kreeg er een stempel voor mijn pelgrimspas. (foto wordt nog toegevoegd).


Daarna ging de route via mooie bospaden, soms over een beekje zoals hieronder.


Na de boswegen vogt de route de landelijke boerenweggetjes en kun zoals hier ineens een kudde koeien op je weg treffen (de begeleidende boerin is op de foto niet te zien)


Na 5 km kwam ik aan in het boerendorpje Boente waar ik heb gelunchd. Er zaten en kwamen veel andere mij bekende pelgrims lunchen, maar Petra en Chris en hun grorpje heb ik die dag niet gezien. Bij het verlaten van Boente kwam ik langs het plaatselijkeckerkje dat open was en waar je een stempel in je pelgrimspas kon zetten.


En km of 3 verder kwam ik langs het dorpje Castañeda en weer 3 km eerst omhoog en dan omlaag naar het dorpje Ribadiso da Baixo. Het was een hete middag en veel pelgrims hadden besloten daar te stoppen. Het dorpje lag mooi in een dal en aan een beekje waar sommigen al asn het zwemmen of pootje baden waren. Ik nam er pauze en overwoog eerst daar ook te blijven. Maar omdat ik de dag erna zo dicht mogelijk bij Santiago wilde komen en ik me nog redelijk fit voelde, besloot ik toch verder te gaan. Het was nog 3 km naar het stadje Arzua en er moest flink worden geklommen. Maar de route ging door de bossen en er was dus gelukkig volop schaduw. 


Bijna boven op ruim 1 km van Arzua werd ik ingehaald door Grace. Het was een verrassend weerzien. Vanwege haar blessure liet ze haar rugzak vervoeren (er zijn een aantal bedrijven die dat aanbieden en er wordt druk gebruik gemaakt van die mogelijkheid). De blessure viel volgens haar sel mee en de volgende dagen zou ze haar rugzak weer zelf dragen. We liepen samen naar Arzua waar ze in een hostal gad gereserveerd. Ik zocht nog een plaats en kon in hetzelfde hostal nog een kamer krijgen. Ik denk dat ik geluk had, omdat het die dag niet druk was met pelgrims in Arzua. De meesten hadden namelijk besloten om vanwege het zeer warme weer eerder te stoppen.

Arzua was geen bijzonder interessante plaats. Ik maakte een rondje en maakte een foto van de kerk in het centrum. Het kerkje was helaas gesloten zie foto onder). Het hostal was verbonden aan een restaurant. Ik besloot daar te eten en dat bleek een goede keuze (Grace had die middag al uitgebreid te eten en besloot elders een klein hapje te eten). Ik schoof aan bij een andere pelgrim die ook alleen was en maakte zo kennis met de sympathieke Ier John. Hij liep het laatste deel van de tocht naar Santiago vanwaar hij vorig jaar gestopt was samen met een vriend. Deze vriend had daarna een ernstig motorongeluk gekregen en was nog aan het revalideren. Even later kwam ook de Amerikaanse Rebekah zich bij ons aansluiten. Zij had eveneens in hetzelfde hostal een kamer geboekt. Ook die avond bleef het erg warm en kwam ik maar moeilijk in slaap.