dinsdag 16 juni 2015

Van Troyes naar Vezelay

Van Troyes naar Vezelay (van 10 juni t/m 16 juni)

Woensdag 10 juni 2015

Troyes op dezelfde wijze uitgegaan als we in waren gekomen, namelijk met de bus naar het voorstadje La-Riviere-de-Corps. Vandaar via onverharde landbouwwegen naar het dorpje Lepine met een mooi Romaans kerkje.


Vandaar over een voormalige Romeinse heirbaan naar Laines-aux-Bois. Na een korte pauze vervolgens een lange helling op. Bovenop de heuvel een mooi uitzicht en een oorlogsmonument, ter nagedachtenis aan een aantal verzetstrijders die hier in 1944 zijn gefusileerd.
Uizicht vanaf de heuvel op het dorp Laines-aux-Bois 
Oorlogsmonument 1944 bovenop heuvel 
Vanaf de heuvel het bos in en 10 km over bospaden tot het plaatsje Sommeval. De kwaliteit van de paden was zeer wisselend, soms goed, soms hoog gras en dan weer stuk gereden door zwaar bosmaterieel.

Bospad met hindernissen 
Daarna nog 4 km naar mijn logeeradres in Foret-Chenu. Daar vriendelijk begroet door mevrouw en meneer Labasque en ondergebracht in een gite (tuinhuis) met grote tuin. Op zo'n moment lijkt het wel vakantie, al dachten mijn voeten daar toen vast anders over. Die dag in totaal 27 km afgelegd, waarvan 3 met de bus.

'Mijn' vakantiehuisje 

Donderdag 11 juni 2015

Dat mijn gebrekkige kennis van het Frans tot misverstanden kan leiden bleek de volgende ochtend. De avond ervoor had de gastvrouw me het avondeten gebracht en ook spullen voor het ontbijt voor deze ochtend. Ik had het stokbrood bij het avondeten opgegeten (dat vond ik niet gek, want ook bij het avondeten wordt normaliter stokbrood geserveerd) Achteraf bleek dat ook bedoeld voor het ontbijt. Ik zat dus te wachten op stokbrood, terwijl de gastvrouw niet begreep waarom ik nog niet vertrokken was. Toen  het misverstand duidelijk was, hebben we er hartelijk om gelachen, haalde de gastvrouw alsnog een stuk stokbrood en stond erop dat ik niet met een lege maag vertrok.

Omdat ik de vorige dag een dorp verder was gekomen dan ik eerder plande, hoefde ik deze dag maar 15 km om de refuge van de parochie in Ervy-le-Chatel te bereiken. Via bossen en landwegen naar Eaux-Puiseaux. Bij het verlaten van Foret-Chenu trof ik de volgende 'wegwijzer' aan. Hier was verdwalen onmogelijk.

Tussen Eaux-Puiseaux en Ervy-le-Chatel soms ook prachtige uitzichten, zoals hier op glooiend akkerland met blauw en wit bloeiend vlas.


Ervy-le-Chatel bleek een mooi dorpje. Ik was er al vroeg gearriveerd en meldde me bij het parochiehuis, omdat die een refuge voor pelgrims had. Op zich een prima plek om te slapen en te douchen, maar doordat er geen ramen waren leek het veel op een gevangeniscel. Omdat ik tijd over had en mijn 'cel' wilde ontvluchten, ben ik het stadje gaan verkennen en heb ik wat foto's gemaakt.

De mooie stadspoort van Ervy-le-Chatel uit 1450 
De kerk St Pierre-es-liens verwoest in de 100-jarige oorlog, opnieuw opgebouwd in de 16e eeuw, in gotische en pre-renaissance stijl

Vrijdag 12 juni 2015

De volgende ochtend eerst een stukje langs een in onbruik geraakte spoorlijn en vervolgens door een natte en glibberige bosweg - het had die nacht geonweerd en ook geregend - tot het gehucht Le Mesnil en dan via de D87 tot het gehucht Mezieres.
Verder via een asfaltweg door het Domaniale bos van Flogny-la-Chapelle.
Dan via een onverhard jaagpad langs het knaal van Bourgogne, aangelegd tussen 1775 en 1834 maar nu niet meer in gebruik, tot het plaatsje Roffey.
Uitzicht op het plaatsje Roffey
Vervolgens naar het boerendorpje Bernouil met het bijzondere, monumentale kerkje van St. Jacobus (het heeft de vorm van een klavertje vier en gebouwd in de 17e eeuw. Jammer is, dat dit kerkje, evenals alle andere mooie dorpskerkjes, op slot was.


Tegenover dit kerkje een van die voor de streek kenmerkende kasteelboerderijen.


Toen was het nog maar 3 km naar Vezannes waar in onderdak vond in een mooie oude boerderij met chambre d'hotes. De gastvrouw verraste me 's-avonds met een uitgebreide warme maaltijd met kaas en kersen als nagerechten en een fles Chablis van het eigen bedrijf (die heb ik natuurlijk niet helemaal leeggedronken).

Zaterdag 13 juni 2015

Het had die nacht erg geonweerd en flink geregend volgens mijn gastvrouw, die informeerde of ik goed geslapen had. Ik had er eerlijk gezegd niets van gemerkt.
Van Vezannes over de HSL via natte, onverharde wegen tussen de akkers, waarbij je er voor moest uitkijken dat er niet teveel grond aan je schoenen bleef kleven, naar het dorpje Collan.

Uitzicht op het dorpje Collan 
Van Collan via een mooie route, eerst tussen de akkers, later tussen de wijngaarden, naar de bekende wijnplaats Chablis.
Uitzicht vanuit de wijngaarden op Chablis 
 Daar een heerlijke koffiepauze genomen en vervolgens over de weg naar het hoog gelegen dorpje Courgis. Vandaar eerst steil naar beneden via de wijngaarden en vervolgens bijna loodrecht (voor mijn gevoel) omhoog naar de kerk (met kerkhof) van Prehy (merkwaardigerwijs niet in maar net buiten het dorp).

De kerk van Prehy gezien vanaf Courgis 

De kerk van Prehy van nabij 
Toen was het nog maar 4 km naar St-Cyr-en-Collons waar ik bij een chambre d'hotes had gereserveerd.
Uitzicht op St-Cyr-en-Colonnes 
Toen ik daar aankwam bleek Jean-Paul daar juist voor mij te zijn gearriveerd. Hij was de dag ervoor verdwaald en kon deze dag ook niet op een verder gelegen plaats terecht omdat die zaterdag alle plekken in de volgende dorpen bezet waren. Het was een hartelijk weerzien dat we die avond samen met de gastvrouw met wijn hebben gevierd. Daarbij de nodige uitleg gekregen over de lokale wijnen, zodat ik nu al een aardige kenner van de Bourgogne-wijnen begin te worden.

Zondag 14 juni 2015

Samen met Jean-Paul vertrokken naar Bessy-sur-Cure, ruim 18 km verder, waar Jean-Paul bij een gemeentelijke refuge had gereserveerd. Ik wilde eigenlijk zelf wat verder, maar het bleek die zondag onmogelijk om daar logies te regelen. Ik paste me dus aan aan het tempo van Jean-Paul en dat was rustgevend.
De route liep eerst via veld-en boswegen naar Cravant, een mooi plaatsje met vakwerhuizen zoals in Troyes. We pauzeerden er en kregen bij de koffie gratis gebak dat was overgebleven van een bruilofsfeest de dag ervoor. Dat was ook de reden dat Jean-Paul er geen overnachtingsplek had gevonden.
Daarna een flinke klim het bos in waar we werden verrast door een groepje reeen die ons pad kruisten. Helaas zijn die dieren zo schuw en snel dat ik ze niet op de foto kreeg. Het was voor mij de derde keer dat ik reeen ontmoette. De eerste keer was het een moeder met kalf op minder dan 5 meter. Ik weet niet wie er meer schrok, de reeen of ik. Het is een prachtig gezicht als je ze daarna ziet wegsprinten door de graanvelden.
Vervolgens kwamen we aan in Accolay aan de rivier de Cure. Vanaf 1945 was het plaatsje beroemd vanwege de pottenakkersindustrie, maar die is in 1989 ter ziele gegaan. De route vervolgde daarna min of meer door het bos de loop van de rivier de Cure, die hier soms meer dan 50 meter breed is. In Bessy-sur-Cure aangekomen, werden we opgevangen door een gasgvrouw van de gemeente die ons naar een prachtige refuge bracht waar we elk voor een pelgrimstarief een kamer met wc en douche kregen toegedeeld.
Bijzonder was dat we die avond werden brzocht door een oud-pelgrim uit het dorp, die ons een medaillon (van Maria) gaf en uitnodigde samen met hem in het plaatselijke kerkje een pelgrimsgebed te gaan bidden. Hij had zelfs een Nederlandse versie van dat gebed. Het was die dag erg klam en het begon die avond flink te regenen.

Maandag 15 juni en dinsdag 16 juni 2015

Het bleef die hele nacht regenen en het regende die morgen nog steeds. Dus de regenkleding aan en op weg naar het 4 km verderop gelegen dorpje Arcy-xur-Cure. Daar hadden we een koffie-afspraak met Marie-Helene, een vriendin van Jean-Paul, waarmee hij jaren geleden samen met nog een Fransman de tocht naar Santiago had gemaakt. Daar werden natuurlijk veel herinneringen opgehaald en het werd steeds later .... en het bleef maar regenen. Marie-Helene bood aan om ons met de auto naar Vezelay te brengen. Ik vond het niet zo'n goed idee. We bereikten een compromis. Marie-Helene zou ons tot La Jarrie brengen en dan zouden wij de resterende 12 km lopen. In de regen nog enkele klimmetjes en vervelende afdalingen (losse stenen en glad) genomen, maar ook mooie uitzichten, maar door de grijze luchten komen die op de foto niet helemaal tot hun recht.

Jean-Paul bijna op de top van een helling 
Duidelijk is tezien dat Vezelay op de tol van een heuvel ligt 
We arriveerden in Asquin aan de voet van de heuvel waarop Vexelay ligt. Vandaar was het nog 2 km naar boven. Vooral de laatste km was adembenemend steil en de regen maakte de beklimming nog lastiger.
Tijdens de beklimming kwamen we langs een kapel en een veldje met een kruis waar Bernard van Clervaux zou hebben opgeroepen tot de tweede kruistocht (1146).

Plaats waar Bernard van Clervaux opriep tot de 2e kruistocht 
Uiteindelijk komen we uit aan de voet van de basiliek van Maria Magdalena, een indrukwekkende Romaanse kerk.

Basiliek Maria-Magdalena 
Vezelay is een echte bedevaartsstad, dat merk je aan het aantal pelgrims dat hier samenkomt. We kregen onderdak in het Centre Sainte Madeleine, waar we de mannenslaapzaal (er waren hier aparte zalen voor mannen en vrouwen) deelden met Raymond, een Belg uit de buurt van Lommel op de fiets op weg naar Santiago, een Australische jongen net gearriveerd uit Melbourne via Parijs en Avalon, en een andere Fransman.
Jean-Paul zou de volgende dag nog een dagje lopen en daarna weer naar huis terugkeren (hij had de route Vezelay - St Jean Pierre de Port al eerder gelopen). Hij gaf me een rondleiding in Vezelay en 's-avonds gimgen we als afscheid samen uit eten.

De volgende ochtend, het was nog wel wat bewolkt maar veel beter dan de vorige dag, foto's gemaakt van de kathedraal en omgeving. Ook meegedaan aan enkele vieringen in de basiliek (de lauden en vespers) waarbij het prachtige gezang van de ongeveer 15 monniken en zusters grote indruk op mij maakte.

De indrukwekkende, maar sobere binnenzijde van de basiliek 

Detail van het front van de basiliek 
Sint Jacobsschelp voor de baseliek en in straat die de routr naar Santiago aangeeft 
Het bleek niet mogelijk hier 2 nachten te logeren (dat was de regel en de dame die dit regelde bleek minder flexibel dan ik in andere refuges had ondervonden), zodat ik voor de tweede dag een hotelletje moest zoeken.
Uitzicht op de Morvan vanaf Vezelay 
Die middag arriveerde een Nederlandse pelgrim, Maaike, die al eerder in Santiago was en nu vanuit Vezelay naar Limoges ging lopen. Zij reserveerde ook voor mij een slaapplaats in het gehucht Chemin, in een bij Nederlanders bekende refuge.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten