Vrijdag 3 juni 2016
St. Jean-Pied-de-Port naar Roncevalles (27 km)
Goed geslapen en op tijd op. Tegen deze dag had ik erg opgezien. De eerste dag was meteen de lastigste met de overtocht van de Pyreneeen. Dus vroeg op stap. Voor mij zag ik al verschillende wandelaars en fietsers. De eerste kiLometers vielen mee, maar daarna wer het loodzwaar, met name het stuk tussen Honto en Orisson. Maar ik was beslist niet de enige die het moeilijk had. Ik liep mijn eigen tempo en nam de tijd om van de omgeving te genieten. Om 9u30 kwam ik aan bij de Auberge Orisson. Ik had er rekening mee gehouden om hier eventueel te overnachten. Maar ik vond het nog te vroeg om te stoppen en voelde me goed. Na een uurtje pauze trok ik weer verder. Ook het weer was ideaal. Wel zon, maar niet te warm en af en toe bewolking. Onderweg prachtige uitzichten. Soms sloot ik me aan bij een andere wandelaar of groepje en maakte een praatje, maar meestal liep ik alleen. Regelmatig pauzeerde ik, halverwege was er zelfs een restauratiewagen waar iedereen dankbaar gebruik van maakte om ook even uit te rusten. Ik bereikte de Col de Bentarte en dacht toen dat ik op de top was aangekomen. Maar dat bleek een misrekening en pas een uurtje later, om 14u15, bereikte ik de top van de Col de Lepoedre, 1437 m hoog. Dat was een mooi moment en na een korte pauze aan de afdaling begonnen, langs de makkelijkere maar langere route. Om ongeveer 15u30 kwam ik bij het klooster in Roncevalles aan. Het klooster, een enorm complex, was deels ingericht als refuge voor maximaal 350 pelgrims. Die dag arriveerden er circa 250, waarvan sommigen de tocht in twee dagen had gedaan (met tussenstop in Orrison).
De refuge wordt gerund door vrijwilligers van het Nederlands Genootschap van Saint Jacob. Ik vond het erg massaal en nog al zakelijk, die grote refuges zijn niets voor mij en als ik de keuze heb zal ik die zoveel mogelijk vermijden. Ik kreeg een bed op de 2e verdieping op een zaal voor circa 100 personen ingedeeld in eenheden van 4 bedden met een eigen kluis om je rugzak op te bergen. Op zich allemaal goed en netjes, maar wel wat weinig toiletten en douches. Ik heb dan ook in de rij voor de douches gestaan. Vanwege het vele geloop en gestommel heb ik die nacht niet zo goed geslapen. Bij mijn aankomst kon ik nog wel inteken op het pelgrimsmenu in een lokale herberg, maar het ontbijt was uitverkocht en daarvoor zou ik de volgende ochtend in het eerstvolgende dorpje moeten zijn.
De avobdmaaltijd was prima en er was volop wijn wat de stemming ten goede kwam, zeker toen bleek dat een van onze Amerikaanse tafelgenotes die dag jarig was (ons gezelschap bestond uit Amerikanen, Australiers, Brazilianen en ik als enige Nederlander. Na het eten samen met een van de Australische vrouwen naar de pelgrimsmis gegaan die afgesloten werd met een pelgrimszegen. Het was een fantastische belevenis. Ik was moe, maar voldaan en dankbaar dat deze eerste dag zo goed was verlopen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten